Vragen stellen
Vragen, hoe weet je welke de juiste zijn om aan je leerlingen te stellen?
Eerst en vooral is het belangrijk om kalm te blijven. Als leerlingen het niet eens zijn met de discussie, vraag jezelf dan af: “waarom heeft deze leerling deze mening?” “Is dit echt hun standpunt?” Je kunt vriendelijke, nieuwsgierige vragen stellen om dit uit te zoeken, zoals: “Wat is de reden dat dit jouw standpunt is”, of: “Welke aspecten beïnvloeden jouw mening?”. Vermijd directe(re) vragen zoals: “Wat vind je van homoseksualiteit?”. Het is beter om te vragen waarom mensen verschillende meningen hebben, bijvoorbeeld: “Hoe kan het dat sommige mensen homoseksualiteit oké vinden, en andere niet?”.
Respecteer de oorsprong
Als een student een argument gebruikt zoals: “maar in mijn cultuur…”. Ten eerste is het belangrijk om hun opmerking te erkennen. Je kunt dat doen door te zeggen: “Dank je voor het delen”. Ten tweede moet je reageren met een open houding: “Kan je ons hier iets meer over vertellen?” of “Waarom denk je dat?”. Hierna kan je het gesprek heroriënteren, en vragen wat de andere leerlingen ervan denken. Het is belangrijk de leerlingen het gevoel te geven dat hun mening telt, hoezeer die ook in strijd mag zijn met de jouwe.
Als een leerling zijn mening baseert op onjuiste informatie, zoals “in mijn land bestaat homoseksualiteit niet”, kan je de leerling uitnodigen om de juiste informatie op te zoeken, of die zelf te geven, zonder neerbuigend te zijn.
Houd er rekening mee dat wanneer het gesprek niet langer een dialoog is, er niet langer sprake is van een veilige ruimte. Je kunt proberen opnieuw te beginnen, met een opmerking als: ” Kan je dat nog eens proberen, zonder mensen aan te vallen”, maar als dat niet werkt, moet je het gesprek stoppen.
Enkele punten om rekening mee te houden zijn de volgende.
Als je bijvoorbeeld geen discussie wilt over godsdienst, laat je dan niet meeslepen in dat gesprek. Jouw les gaat over diversiteit in gezinnen, liefde, waarden en mensenrechten. Je kunt ook de gedeelde waarden van veel religies benadrukken als het gaat om het liefhebben van mensen en wederzijds respect.
Wat als een ouder bij je op bezoek komt, nadat je in je klas over diversiteit hebt gesproken? Bekijk dit als iets positiefs, het betekent dat de ouder betrokken is bij het leven en de opvoeding van hun kind! Toch is het beter om in zo’n geval een persoonlijk gesprek met de ouder te hebben. Erken hun gevoelens en vraag wat het specifieke probleem is dat de ouder dwarszit. Misschien is er wel sprake van een misverstand, en kan je dat meteen oplossen.
Als er geen misverstand over bestaat, kan je uitleggen waarom je het onderwerp in je klas besproken hebt. Je kunt bijvoorbeeld zeggen dat je wilt dat je leerlingen over verschillende onderwerpen leren.
Aan het eind van het gesprek hoeven jullie het niet met elkaar eens te zijn. Het is wel belangrijk dat er wederzijds begrip is.
En onthoud: je hoeft je niet te verontschuldigen voor iets wat je niet fout hebt gedaan!